Vijf belangrijke vragen over de brandweer
De afgelopen jaren is er in ons land veel bezuinigd op de brandweer, wat jij ook kunt doen met behulp van een energievergelijker bij jouw energierekening. Deze besparing heeft in dit geval dan natuurlijk een positief effect, maar een bezuiniging bij de brandweer is juist negatief. Dit is al helemaal het geval doordat de brandweer nog niet af is van de bezuinigingen, er zullen nog tientallen miljoenen ingeleverd moeten worden helaas. In dit artikel kun je daar meer over lezen.
Hoeveel kost de brandweer überhaupt?
Uit de cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt dat alle Nederlandse gemeenten samen in 2013 maar liefst 1,1 miljard euro uitgaven aan de brandweer. Omgerekend is dit 66 euro per Nederland, wat dus ruim 5 euro per maand is per inwoner van ons land. De budgetten verdubbelden tussen 2001 en 2009 bijna, wat waarschijnlijk te maken heeft gedaan met de verschrikkelijke cafébrand in Volendam. Na 2009 zijn de budgetten wel ongeveer gelijk gebleven, al komt dat eigenlijk neer op een bezuiniging. De lonen en prijzen stegen immers wel door. De laatste jaren is deze bezuiniging dus zelfs nog erger geweest bij de brandweer.
Hoe vaak rukt de brandweer uit?
In 2013 kwamen bij de brandweer maar liefst 87 duizend brandmeldingen binnen. Ook kregen ze nog 52 duizend andere hulpverzoeken, bijvoorbeeld bij een ongeluk met een auto. Bij de brandmeldingen bleek het overigens in 58 procent van de gevallen te gaan om een loos alarm. Desondanks was er alsnog meer dan 4 duizend keer brand in een huis in ons land. Ook het aantal doden bij branden loopt op, in 2013 stierven er namelijk bijna 100 mensen door een brand. In 2009 kwam dit aantal nog op minder dan 60 uit.
Waarom is de brandweer georganiseerd in veiligheidsregio’s?
Vroeger was de brandweerzorg een taak van de gemeente, maar dat is sinds de jaren 80 niet meer het geval. Het kabinet wilde destijds de brandweerzorg grootschalig organiseren. Dit zou efficiënter en goedkoper zijn, terwijl het ook zou leiden tot meer kwaliteit. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten trok bovendien na de cafébrand in Volendam en de vuurwerkramp in Enschede de conclusie dat de meeste gemeenten te klein zijn om een grote ramp aan te kunnen. Hierdoor werd bepaald dat alle lokale brandweerkorpsen per 1 januari 2014 moesten opgaan in een veiligheidsregio, waar er 25 van zijn.
Hoe snel moet de brandweer ter plaatse zijn?
Volgens de wet moet de brandweer binnen 6 minuten na de melding bij portiekwoningen, -flats en woningen voor verminderd zelfredzamen zijn. Bij andere woningen is 8 minuten de norm, net zoals bij scholen, ziekenhuizen en winkels. Bij sportclubs, bedrijven en kantoren moet de brandweer juist na 10 minuten aanwezig zijn. In sommige gevallen mogen de veiligheidsregio’s afwijken van deze norm, maar een opkomsttijd van 18 minuten wordt wel echt als het maximum gezien. Helaas lukt dit niet altijd. Sterker nog, vaak is het niet mogelijk voor de brandweer om binnen de norm te blijven bij een woningbrand.
Is de beroepsbrandweer beter dan de vrijwillige brandweer?
Dat valt lastig te zeggen. De beroepsbrandweer krijgt namelijk dezelfde trainingen als de vrijwillige brandweer, terwijl ze ook moeten voldoen aan dezelfde eisen. Het verschil zit hem juist met name in de snelheid van uitrukken. Beroeps rijden circa anderhalve minuut na een melding de kazerne uit, terwijl vrijwilligers er tussen de 3 en 6 minuten over doen om uit te rukken. Alsnog is dat verbazingwekkend snel, want de vrijwillige brandweerlieden moeten natuurlijk van huis of werk komen voor het uitrukken. Eigenlijk is het dus alsnog hartstikke knap dat ze zo snel naar een melding kunnen.
